donderdag 13 december 2012

Milieudefensie vertrouwt de cijfers over de lucht-kwaliteit niet en zet een eigen netwerk van meet-stationnetjes op. Met hulp van buurtbewoners. 
Door Sander Heijne
Kun je je kinderen nog met een gerust hart laten buiten spelen als je in de buurt van een snelweg woont? Die vraag houdt een groeiend aantal ouders, grootouders en andere bezorgde buurtbewoners bezig. En dat is niet verwonderlijk. Wetenschappers leggen steeds meer verbanden tussen luchtvervuiling en lichamelijke aandoeningen. Van astma en eczeem tot autisme.
Milieudefensie wil de luchtkwaliteit in steden en dorpen dan ook tot inzet maken van de gemeenteraadsverkiezingen van 2014. 'De gemeente Den Haag heeft bewezen dat zelfs lokaal beleid invloed heeft op de kwaliteit van de lucht die mensen inademen', zegt fijnstofexpert Ivo Stumpe van Milieudefensie. Hij doelt op de Haagse Veerkade, die enkele jaren geleden nog tot vieste straat van Nederland werd uitgeroepen. De gemeente besloot een deel van het verkeer om te leiden. Stumpe: 'Twee jaar later bleek de gemiddelde longcapaciteit van omwonenden van de Veerkade met 5 procent te zijn toegenomen.' Schone lucht is vooral een kwestie van beleid, wil hij maar zeggen.
Officieel hoeft geen Nederlander zich vanaf 2015 nog zorgen te maken over de kwaliteit van de lucht die hij inademt. Het rekenmodel dat het ministerie van Infrastructuur en Milieu hanteert, geeft aan dat de lucht overal in Nederland aan de Europese norm voldoet. Het vertrouwen in het rekenmodel brokkelt echter in hoog tempo af. En niet zonder reden. Op de schaarse plekken waar de luchtkwaliteit wordt gemeten, blijkt de lucht steevast vuiler dan de berekeningen aangeven.
Milieudefensie bouwt daarom zelf aan een netwerk van meetstationnetjes. De milieubeschermers roepen bezorgde buurtbewoners in het hele land op samen een meetstation in te richten. Milieudefensie en de buurt delen de kosten, een kleine 500 euro per meetpunt.
'We willen burgers zo meer betrekken bij de luchtkwaliteit in hun wijk', zegt Stumpe. Door mensen zelf te laten meten op het schoolplein, het sportveld of in de speeltuin, hoopt hij dat burgers bewuster worden van de gevolgen van het luchtkwaliteitsbeleid van minister Schultz van Infrastructuur en Milieu.
Milieudefensie wil tachtig tot honderd meetstationnetjes installeren. Op de website van de milieuclub staat een kaart met de locaties van de stationnetjes. Tot nu toe zijn er 25 in gebruik, voornamelijk in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.
Jorien Roling is een van die bezorgde burgers die een meetstationnetje op haar balkon heeft geïnstalleerd. In haar woning in de Amsterdamse Mercatorpleinbuurt woont ze letterlijk onder de rook van de A10 West. 'Als ik niet regelmatig stof, dan kleuren mijn vensterbanken zwart van het roet.' Roling ziet maar één logische verklaring, de nabijheid van de snelweg. 'Bij mijn oma in Groningen had je dit vroeger niet.'
Het besluit om de snelheid op de A10 West te verhogen van 80 tot 100 kilometer per uur met alle extra luchtvervuiling die erbij hoort maakt haar razend. 'We hebben hier een fijne buurt met steeds meer jonge gezinnen. Het is gewoon crimineel, al die extra fijnstof die het Rijk over ons uitstort.'
Als de meetstations van Milieudefensie een jaar gegevens hebben verzameld, worden de resultaten vergeleken met de berekeningen van het ministerie. Maar ook als zou blijken dat de modellen de juiste waarden aangeven, is dit voor Stumpe niet het einde van de discussie.
'Het beleid van Schultz is erop geënt om met snelheidsverhogingen zo dicht mogelijk tegen de Europese norm aan te zitten', zegt Stumpe. Vanuit gezondheidsperspectief is dit opmerkelijk. De norm die de Wereldgezondheidsorganisatie hanteert voor gezonde lucht is twee keer zo streng als de Europese.

Volkskrant 30 november 2012 vrijdag

Geen opmerkingen:

Een reactie posten